Nashville-verklaring

jan 13, 19 • ! VONK&VLAM, Inspiratie6 Comments

Ik ben van katholieke komaf. En ik zie mezelf nog staan als klein jongetje in die immens grote kerk. In de tweede klas van de lagere school (ja, zo noemden we het basisonderwijs toen nog) was ik een van de uitverkorenen die misdienaar mocht worden.

In het nabijgelegen klooster van de nonnen oefenden we de Latijnse teksten. Onbegrijpelijke woorden, maar, oh, wat een magisch klank hadden ze voor mij! Helaas werd net in die tijdspanne besloten om de katholieke kerkdienst ingrijpend te veranderen waardoor het merendeel van de Latijnse teksten uit de kerkdienst verdween.

Maar, het misdienaarschap en de kerkdienst bleef voor mij mooi genoeg! De rituelen met het wijwater en wierook, de kelk met de Heilige Hostie (ja, werkelijk met hoofdletters), de prachtige gezangen (sommigen gelukkig nog in het Latijn!), ik genoot ervan. Daarnaast, als misdienaar mocht ik regelmatig tijdens de lesuren de klas uit om te assisteren bij een huwelijksmis of een begrafenis mis. Ach ja, een huwelijk was toch een stuk vrolijker dan een begrafenis, maar toch, ik hoefde even een uur of anderhalf niet naar school en dat was op zich al fijn genoeg.

Tegen het eind van de basisschool veranderde mijn verhouding met de kerk toch wel ingrijpend: mijn blik op de wereld werd wat ruimer en ik zag dat de rijke mensen altijd voor in de kerk zaten (zij hadden geld genoeg om een “vaste” plek in de kerk te kopen). Voor armere mensen was een dergelijke plek financieel niet weggelegd. Bij de mooiste missen (de nachtmis met Kerst en met Pasen) moesten ze zelfs achter in de kerk staan. Ook kreeg ik in de gaten dat de echte religieuze beleving bij veel mensen niet verder ging dan de kerkdeur. Binnen was het een en al vroomheid, maar daar blijft in de buitenwereld weinig van over. Het woord hypocrisie kende ik nog niet, de betekenis er van des te meer!

Als heel jonge puber heb ik “het geloof” dan ook met kracht afgezworen, eerst nog enigszins stiekem: ik ging zogenaamd naar de kerk, maar sloeg een deurtje eerder af en ging lekker ranja drinken in de jeugdsoos “de Zwerfsteen” naast de kerk. Iets later werd mijn verzet – zoals het een echt puber betaamt – openlijker. Tot groot verdriet van mijn ouders natuurlijk, maar gelukkig gaven ze me deze ruimte.

Nu, decennia later, is mijn houding ten opzichte van het geloof wederom veranderd, je kunt zeggen, ik ben iets milder geworden. Ook dat zal wel weer met leeftijd te maken hebben. Van overtuigt atheïst ben ik een ietsje richting agnost geschoven. Ik weet het niet, het niet weten is sowieso een levenshouding die me wel bevalt. Niet zo hard in de leer; in welke leer dan ook. Ik ben zeker niet van de meningenfabriek. Prettig om te kunnen en mogen twijfelen, mooi om met mensen te kunnen praten over hun visie op het leven en op geloof.

Soms zelfs merk ik bij mezelf enige jaloezie ten opzichte van mensen die stevig geloven en daar hun zekerheid aan ontlenen. Maar laat ik daar toch duidelijk in zijn. Ik zal daar niet in mee gaan. Dan toch maar mijn eigen onzekerheid, mijn niet-weten behouden.

We leven in een prachtige tijd, in een prachtige maatschappij. Vrijheid en tolerantie zijn begrippen die al lang hoog in het vaandel staan van onze Nederlandse cultuur. En natuurlijk, ik zie ook wel dat deze begrippen iets meer dan voorheen onder druk staan. Onze maatschappij wordt steeds multi-cultureler. We krijgen te maken met andere culturen, andere overtuigingen, andere geloven. Maar toch, we blijven er over discussiëren, we blijven naar elkaar luisteren.

En dan is daar plotseling die Nashville-verklaring. En plots blijken er in Nederland toch ook nog veel mensen te wonen, die deze verklaring ondertekenen. En ik merk dat ik zelf in mijn “heilige verontwaardiging” ogenblikkelijk aan de andere kant ga staan! En ik gebruik dan ook weer harde woorden: ik heb het over fundamentalistische Christenen (uit te spreken met een harde G). Over afstammelingen van onze verre en fanatiek religieuze voorvaderen, de lieden van “knielen op een bed violen”, van hel ende verdoemenis. En ik zeg: “Hoe durven jullie anderen uit te sluiten”.

Daarom bij deze; laten we ook nu – alsjeblieft – proberen uit die polarisering te blijven.

Wat hebben we nodig om elkaar te blijven verstaan, om elkaar te blijven begrijpen.

Wat is er nodig om een wereld te maken waar plaats is voor iedereen, waar we niemand hoeven uitsluiten.

Is het mogelijk om niet de dode letters van boeken als leidraad te nemen, maar te luisteren naar ons verstand, naar ons hart en vooral ook: naar elkaar!

 

 

6 Responses to Nashville-verklaring

  1. Annelies meijer schreef:

    Zeer herkenbaar verhaal Gerard. Spreekt me erg aan en ik heb hier niets aan toe te voegen!
    Behandel uw naaste zoals u zelf ook behandeld wilt worden🙏

  2. Theo schreef:

    Geweldig omschreven Gerard,. Het zou fijn zijn meer volgelingen te krijgen die dezelfde mening hebben. En vooral dit ook wereldkundig maken 👍😍😍👍

  3. Jos schreef:

    Mooi verhaal Gerard, ik ga er helemaal in mee. Ook erg verontwaardigd over dat rare manifest.

  4. Annemie Hanssen schreef:

    Herkenbaar verhaal Gerard, al had ik niet het genoegen om misdienaar te zijn als meisje ( ook zo iets..). Wat religie/ kerk betreft denk ik: behoud het goede! Zo houd ik erg van goede,religieuze muziek. Ik ben het niet eens met de nashville verklaring maar daarom hoeft niet gelijk de hele kerkgemeenschap afgeserveerd te worden. Laten we inderdaad niet polariseren, iedereen zijn of haar mening gunnen en in gesprek blijven met respect voor standpunten, hoe zeer ze soms ook tegen je gevoel van rechtvaardigheid in gaan. Maar als iemand zijn mening geeft, is er een mogelijkheid voor communicatie en dialoog die er anders niet is. En dus voor verandering.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

↓ Meer ↓